Onrechtmatige concurrentie …… een uitstervende overtreding?

We merken al enige tijd dat het concurrentiebeding aan inflatie onderhevig is. Steeds vaker blijkt een concurrentiebeding aantastbaar of blijkt dat wat op ’t oog een overtreding lijkt, door een rechter toch acceptabel wordt bevonden. Ook onrechtmatige concurrentie zonder concurrentiebeding (voor de liefhebbers: Boogaard/Vesta) wordt steeds minder vaak aangenomen. Zo ook door de kantonrechter Rotterdam op 20 oktober 2023 (ECLI:NL:RBROT:2023:9837)

Wanneer er geen concurrentiebeding is overeengekomen, betekent dat nog niet dat een ex-werknemer vrijelijk, gebruikmakend van de kennis die hij bij de ex-werkgever heeft opgedaan, onder diens duiven mag schieten. Wanneer een ex-werknemer met zijn gedrag stelselmatig en substantieel afbreuk doet aan het bedrijfsdebiet van de ex-werkgever, is de concurrentie onrechtmatig. Ook zonder concurrentiebeding.

In dit geval betrof het een werknemer met een commerciële functie (account- en salesmanager), die voor zichzelf begint. Er gold geen concurrentiebeding, maar de werkgever geeft hem wel mee dat de vertrekkende werknemer haar niet mag blootstellen aan concurrentie die zonder de opgedane kennis bij werkgever niet mogelijk zou zijn geweest.

In dit geval gingen 6 klanten van de ex-werkgever binnen korte periode een zakelijke relatie met de ex-werknemer aan. Naar het oordeel van de kantonrechter levert dat in beginsel een afbreuk van het bedrijfsdebiet van de werkgever op. Alleen daarmee is het bestaan van onrechtmatige concurrentie nog niet vastgesteld. Daarvoor is volgens de kantonrechter ook verreist dat het gaat om het duurzame bedrijfsdebiet, waarop de inbreuk stelselmatig en substantieel moet zijn. In dit geval had de ex-werkgever onvoldoende onderbouwd dat deze 6 klanten een duurzame relatie hadden met haar. Uit overgelegde cijfers bleek bovendien dat deze 6 klanten in het voorliggende kalenderjaar slechts voor 5,3% van de omzet zorgden, hetgeen wat volgens de kantonrechter geen substantiële inbreuk betrof. De kantonrechter weegt ook mee dat niet vast is komen te staan dat deze klanten actief benaderd zijn door de ex-werknemer.

Het is wel zo dat de producten die de ex-werknemer in de markt positioneert een grote gelijkenis vertonen met de producten die de ex-werkgever aanbiedt, maar dat is naar het oordeel van de kantonrechter onvermijdelijk omdat het aanbod is toegespitst op producten die in de mode zijn.
Tenslotte meent de kantonrechter dat niet vast is gesteld dat de werknemer gebruik heeft gemaakt van vertrouwelijke informatie. Ondanks dat vast is komen staan dat deze werknemer zakelijke informatie naar zijn privé mailadres heeft doorgestuurd, is daarmee nog niet bewezen dat hij deze informatie heeft gebruikt om met de werkgever te concurreren en zodoende het bedrijfsdebiet van de werkgever af te breken.

Ondanks dat we hier te maken hebben een ex-werknemer die zijn baan op zegt om voor zichzelf te beginnen in dezelfde branche als de ex-werkgever, vergelijkbare producten gaat aanbieden en binnen korte termijn al 6 klanten overneemt, waarvan ook is vastgesteld dat hij zakelijke informatie naar een privé mailadres heeft toegestuurd, is hier dus geen sprake van onrechtmatige concurrentie.

Wil je er meer over weten? Bel Kaper Nooijen Advocaten. Wij weten hoe het zit.